Het nieuwste rapport van het IPCC, het klimaatpanel van de Verenigde Naties, maakt duidelijk hoe snel de klimaatverandering gaat. De gemiddelde temperatuur is sinds het pre-industriële tijdperk al met meer dan één graad gestegen, en zal tot 2050 blijven stijgen, ook als we drastische maatregelen nemen om de uitstoot van broeikasgassen te beperken. In dat geval kan de temperatuurstijging tot 1,5 of 2°C beperkt blijven, anders komen we hoger uit; de beste schatting van het IPCC is 3°C, maar meer is ook mogelijk. Weersextremen komen meer voor naarmate de temperatuurstijging groter is. De afgelopen weken hebben we kunnen zien wat dat nu al betekent: overstromingen, enorme bosbranden en honger in Madagascar.

In Nederland stijgt intussen de uitstoot weer, na een daling door de Corona-crisis. Meer economische activiteiten brengen nu eenmaal meer uitstoot met zich mee. ‘Groene groei’ helpt ons absoluut niet uit de problemen. Het is de hoogste tijd afscheid te nemen van het streven naar economische groei; dat streven maakt onze Aarde onbewoonbaar, terwijl de vruchten ervan steeds meer alleen bij een bovenlaag van de bevolking terechtkomen.
Er moet een transitie in gang worden gezet naar een ‘welzijnseconomie’: een economie die zich richt op een sociaal rechtvaardige samenleving binnen de ecologische grenzen van onze planeet. Het is belangrijk dat in ieders’ basisbehoeften wordt voorzien, zoals bestaanszekerheid, onderwijs, goede gezondheidszorg, goede en betaalbare huisvesting en goed openbaar vervoer. Burgers moeten kunnen meepraten over wat die basisbehoeften zijn, en hoe daarin voorzien kan worden. De politiek probeert daar vervolgens aan tegemoet te komen. Zonder groei van het Bruto Binnenlands Product kunnen we zo, met minder uitstoot van broeikasgassen, proberen die welzijnseconomie dichterbij te brengen. Het is urgent: dat iedere tiende graad minder temperatuurstijging veel verschil maakt kunnen we nu al vaststellen.
Auteur: Gerrit Stegehuis